In ons waterrijke Nederland is droogte een steeds groter probleem. Door een tekort aan neerslag droogt de bodem uit, daalt de grondwaterstand en vallen beken droog. Dat heeft gevolgen voor bijvoorbeeld de drinkwatervoorziening, natuur en landbouw. Om hier goed mee om te gaan, moeten waterbeheerders kunnen beschikken over actuele, relevante data. De laatste jaren zijn diverse portalen en platforms ontwikkeld die deze gegevens in beeld brengen, vaak ieder met een eigen invalshoek. Matthijs ten Harkel (Provincie Noord-Brabant) vertelt hoe integratie van die landelijke droogteplatforms zal bijdragen aan meer inzicht, kwaliteit en efficiency.

Droogte, een groeiend probleem

Droogte is het resultaat van een periode met uitzonderlijk weinig neerslag die zolang duurt dat in toenemende mate het normale hydrologische evenwicht verstoord raakt. Het begint met meteorologische droogte, die ontstaat door weinig regenval in combinatie met een (hoge) verdampingsvraag vanuit de vegetatie. Daarna volgen de bodemvochtdroogte en hydrologische droogte: de bovenste laag van het aardoppervlak (waarin planten wortelen) droogt uit, het grondwater daalt en daarmee tenslotte de voeding van sloten, beken en grotere waterlopen. Tot droogval aan toe. Een slechte landbouwoogst en het verlies van natuurwaarden kunnen het gevolg zijn.

Matthijs ten Harkel is beleidsmedewerker waterbeheer en monitoring bij de Provincie Noord-Brabant en initiatiefnemer van het Droogteportaal. “Droogte is een groeiend probleem in Nederland,” zegt hij, “en om goed om te kunnen gaan met die uitdaging zijn betrouwbare gegevens over droogte noodzakelijk, zowel historische als actuele. Die data zijn nodig om de mate van droogte qua meteorologie en hydrologie vast te stellen, zoals grondwaterstanden en verdampingsgegevens, maar ook om bijvoorbeeld de effectiviteit van maatregelen te kunnen meten.”

Een overzicht van aan droogte gerelateerde overheidsportalen en -platforms vind je op Droogteportaal | Informatiehuis Water (ihw.nl).

Servicedesk

Inzicht in trends

Op waterkwaliteit zijn normen van toepassing. De Aquo-kit zorgt ervoor dat landelijk op een eenduidige manier getoetst wordt en die data wordt getoond in het Waterkwaliteitsportaal. Voor droogte bestaan geen normen. Matthijs: “Het Droogteportaal geeft wel een klasse-indeling (is het droog of niet), maar er staat nergens ‘Gij zult maar 10% van de tijd droge condities hebben’. Het is wel eens ter discussie gesteld of die normen er voor droogte ook zouden moeten komen zodat het resultaat van de metingen meer in perspectief geplaatst kan worden, maar ze zijn er nu niet.”

Het gaat er nu vooral om inzicht te krijgen in trends om daarop te kunnen reageren. Bijvoorbeeld, het is vroeger of juist later in het jaar droog. Is dat erg of biedt dat juist een kans? Het antwoord van een natuurbeheerder daarop zal anders zijn dan van een boer. “Als we meer data integreren kunnen we ook meer inzicht en betekenis creëren voor meer stakeholders,” zegt Matthijs. “Door trends en ontwikkelingen zichtbaar te maken wordt het mogelijk beter te anticiperen op droogte, bijvoorbeeld met het beheer van de grondwaterstand.”

Waar vind je wat?

In de afgelopen 3 jaar zijn diverse portalen en platforms ontwikkeld die droogte-informatie in beeld brengen, zowel vanuit overheidsinitiatieven als door commerciële aanbieders. Voor waterbeheerders is het lastig overzicht te krijgen welke platforms er zijn en hoe die zich tot elkaar verhouden. Dit voorjaar kwamen vertegenwoordigers van een aantal aan droogte gerelateerde overheidsportalen en -platforms bij elkaar, waaronder de Projectgroep Droogte Zandgronden, het Waterschapshuis, het Informatiehuis Water en STOWA.

Matthijs: “Het doel van de bijeenkomst was om meer zicht op de verschillende platforms te krijgen en die informatie met gebruikers te delen. Zodat in ieder geval voor iedereen duidelijk is welke platforms er zijn en wanneer en waarvoor je een specifiek platform kunt gebruiken. Ook hebben we gekeken of we de verschillende platforms meer met elkaar kunnen verbinden of zelfs integreren. De verschillende portalen moeten elkaar immers niet beconcurreren. Neem bijvoorbeeld de Droogteradar van Deltares, die gebaseerd is op modellen, en het Droogteportaal dat gebaseerd is op metingen. Die kunnen elkaar aanvullen. Met standaardisatie zou geborgd kunnen worden dat in verschillende platforms dezelfde of in ieder geval vergelijkbare data te vinden zijn. Bovendien hebben al die afzonderlijke platforms beheer en onderhoud nodig. Mogelijk is daar efficiëntie te behalen door een verlaging van kosten of meer rendement met dezelfde inzet.”

Het beheer van het Droogteportaal werd in april 2022 door het Informatiehuis Water overgenomen van de Projectgroep Droogte Hoge Zandgronden. Lees ook: Toekomst Droogteportaal duurzaam geborgd bij Informatiehuis Water (ihw.nl).

Het juiste moment is nu

“Dit is hét moment om naar integratie te kijken,” zegt Matthijs. “Enerzijds omdat de droogteportalen en -platforms er nu zijn. Er anderzijds omdat het onderwerp actueel is. Er zijn weer nieuwe klimaatscenario’s door het KNMI gepubliceerd. Daarin staat onder meer dat we te maken krijgen met drogere zomers. De urgentie om je daarop voor te bereiden wordt steeds groter. Met portalen vergroot je de kennis over hoe systemen werken. Je kunt bijvoorbeeld beter zien waar de droogte het eerst toeslaat en dus maatregelen nodig zijn, zoals meer water vasthouden en infiltreren en minder water afvoeren. Met portalen kunnen we ook zien of beleid effectief is.”

Door de initiatiefnemers is een oplegnotitie geschreven voor het Cluster MRE. Hen is de vraag voorgelegd of zij de meerwaarde van integratie van de verschillende portalen ook herkennen. En zo ja, om een bestuurlijke opdracht te realiseren voor de verkenning van zo’n traject. Matthijs: “Idealiter zorgen we eerst voor een soort startpagina met alle portalen en werken we dan toe naar standaardisatie en vervolgens integratie. Dat is echt nog toekomstmuziek, want integratie is een lastig traject. De nu gebruikte software is vaak niet zomaar te combineren, dus voordat je enkele portalen hebt geïntegreerd, ben je echt een tijd verder.”

Het beheer van grondwaterdata loopt in principe via de BRO en het beheer van meteorologische data via het KNMI. Matthijs ziet een rol weggelegd voor het Informatiehuis Water om deze informatie op een eenduidige manier toegankelijk te maken: “Het is belangrijk ervoor te zorgen dat de data van BRO en KNMI, aangevuld met de droogtedata van alle waterbeheerders, via één applicatie worden ontsloten. Het Informatiehuis Water kan de waterbeheerders met behulp van het Droogteportaal hierbij echt ontzorgen en op één plek het benodigde ‘inzicht voor morgen’ creëren.”

Laat je horen!

Afgelopen maart was er een ‘terugkomdag’ van het droogte-onderzoek Hoge Zandgronden’ Daar werd geconcludeerd dat het belangrijk is dat er eerst een duidelijk inzicht komt in de informatiebehoefte van de waterbeheerders, die met 1 of meer droogteportalen kan worden ingevuld. Matthijs: “Het draait natuurlijk niet om de portalen, het gaat erom een zo goed mogelijke informatievoorziening te realiseren voor de mensen die de data over droogte nodig hebben in hun werk. Veel van hen zijn waarschijnlijk beleidsmakers, maar ook specialisten. De waarde van droogte-informatie zit in actuele gegevens voor het actuele waterbeheer én in het signaleren van trends voor beleid en visieontwikkeling.”

Matthijs’ oproep aan iedereen die data over droogte nodig heeft, is dan ook: Denk mee aan wat de meerwaarde voor jou kan zijn en waar je behoefte zit qua informatievoorziening. Want dáár willen en moeten we op aansluiten. Laat je vooral horen!

Je kunt contact opnemen met het Informatiehuis Water via servicedesk@ihw.nl

Matthijs van Harkel
Matthijs ten Harkel is  beleidsmedewerker waterbeheer en monitoring Provincie Noord-Brabant en initiatiefnemer van het Droogteportaal
Janco van Gelderen
Janco van Gelderen is Procesleider Informatiestromen Grondwater bij het Informatiehuis Water